Onder de huidige regels is het zo dat – naast de ouders – ook nog een andere volwassene of zelfs twee volwassenen onderhoudsplichtig kan / kunnen zijn voor een kind. Dit kan het geval zijn als een kind in het gezin woont van één van zijn/haar ouders met een nieuwe partner van die ouder.
Voorwaarde voor die onderhoudsplicht is dat de stiefouder “officieel” getrouwd is met een ouder van dit kind of met die ouder een geregistreerd partnerschap is aangegaan. Samenwonen met de ouder van het kind valt hieronder dus niet.
Daarnaast is er nog een voorwaarde waaraan moet worden voldaan: namelijk dat het kind tot het gezin behoort van de stiefouder. Dat is zo als het kind minimaal de helft van de tijd bij de ouder is met wie de stiefouder getrouwd is of een geregistreerd partnerschap heeft. Daaraan wordt dus voldaan als een co-ouderschap is afgesproken. Ook een kind dat op kamers woont kan tot het gezin van een stiefouder behoren.
Stel dat de moeder van een kind is hertrouwd. En de vader van dit kind ook. Het kind woont bij de moeder en haar nieuwe partner en gaat één weekeinde per veertien dagen naar de vader (en zijn nieuwe partner). In dat geval is de nieuwe partner van de moeder wél onderhoudsplichtig voor dit kind (want dit behoort volgens de geldende regels tot het gezin van deze stiefouder) maar de nieuwe partner van de vader niet, want het kind behoort niet tot dit gezin volgens de regels.
Dit kan tussen de ouders en stiefouders voor problemen zorgen omdat dit als niet eerlijk wordt ervaren. Daarnaast wordt het berekenen van de alimentatieverplichting voor een kind zo behoorlijk gecompliceerd: de kosten van dit kind moeten nu worden verdeeld over drie of vier volwassenen: zijn/haar ouders en één of twee van de nieuwe partners. Als die nieuwe partners zelf ook kinderen hebben, dan moet hun draagkracht gaan worden verdeeld over meer kinderen dan voorheen. Daardoor moet de alimentatie voor de “eigen” kinderen moet worden aangepast. De onderhoudsplicht voor een stiefkind kan zo een “kettingeffect” hebben en de relatie tussen ouders en stiefouders behoorlijk onder druk zetten. Dit zijn gevolgen welke niet gewenst zijn. In 2015 is daarom al een wetsvoorstel ingediend om de onderhoudsplicht van stiefouders af te schaffen. Dit moet echter nog steeds door de Tweede Kamer worden behandeld. Voorlopig duurt de onderhoudsverplichting van stiefouders dus nog voort.
De rechter kan een uitzondering maken op de onderhoudsplicht van een stiefouder. De enige uitzondering die mij bekend is die meermaals is gemaakt, betreft de situatie waarin de rechter constateert dat de band tussen een kind en de stiefouder nog niet sterk is, bijvoorbeeld omdat de ouder en stiefouder nog maar vrij kort bij elkaar zijn. Onder die omstandigheden kan een rechter dus oordelen dat een stiefouder, ook onder de huidige wetgeving, niet onderhoudsplichtig is voor een kind van zijn/haar nieuwe partner.
Vragen hierover? Neem contact met mij op middels het contactformulier op deze website of door te bellen naar 0523-760441!